Hoe slim zijn onze steden binnen tien jaar?

Iedereen naar de stad

 

Meer dan de helft van de wereldbevolking leeft vandaag in een stad. Hoe groter de bevolking, hoe groter de problemen, lijkt het wel: files worden alsmaar langer, de ecologische voetafdruk vergroot en er is meer politieke onrust. Hoe moeten al die mensen gevoed worden, hoe verplaatsen ze zich en hoe worden ze in het maatschappelijk, cultureel en politiek bestel betrokken?

Kan ICT ons redden?

 

Gelukkig is er wetenschap en technologie. Kan de hedendaagse technologie ons ter hulp komen? Heel wat stadsplanners, ingenieurs, sociologen en communicatiewetenschappers geloven van wel. Met de hulp van de nieuwste ICT, het gebruik van de cloud, het bijhouden en analyseren van big data, de inzet van robotica en, misschien nog niet onmiddellijk maar dan binnenkort, deep learning en artificiële intelligentie hopen zij onze steden in smart cities te herscheppen. De stad van de toekomst zal een slimme stad worden!

 

Professor Pieter Ballon van de VUB is communicatiewetenschapper en historicus. Bovendien werkt hij voor iMinds, waar hij directeur van de smart-city activiteiten in Vlaanderen en Brussel is. In zijn boek ‘Smart Cities. Hoe Technologie Onze Steden Leefbaar Houdt En Slimmer Maakt’ uit 2016 legt hij de concepten van de slimme stad uit en geeft hij een stand van zaken. In zijn overzicht komen zowel de positieve als de negatieve kanten en de mogelijke gevaren aan bod. De lezer krijgt bovendien een overzicht van wat er in binnen- en buitenland al gerealiseerd is en welke belangrijke initiatieven er genomen werden op vlak van smart cities.

De slimme stad als utopie

 

Anthony Townsend van de New York University definieert een slimme stad als “een plaats waar ICT gecombineerd wordt met infrastructuur, architectuur, dagelijkse voorwerpen en zelfs ons lichaam, om sociale, economische en ecologische problemen mee aan te pakken”. Pieter Ballon pleit dan ook voor samenwerking. Ideeën moeten vanuit het stadsbestuur, maar ook vanuit de bedrijfswereld, vanuit onderzoekscentra en vanuit burgercomités komen. Als kritische factoren om te slagen vermeldt de auteur dat een smart city contextueel (lees: ingebed in een omgeving), collaboratief (lees: met alle relevante partijen) en collectief (lees: op grote schaal)” moet zijn.

 

Mensen dromen natuurlijk al eeuwenlang over de ideale samenleving en de ideale stad. In de Oudheid filosofeerden Plato en Aristotelis hierover. Ons allen bekend is ‘Utopia’ uit 1516 van Thomas More. Navolgers van de Engelse humanist hebben ondertussen een bibliotheek volgeschreven met utopische werken. Helaas komen sommige van hun ideeën nu afschrikwekkend voor. Op ‘Utopia’ na, zijn utopische verhalen wellicht minder bekend dan hun dystopische tegenhangers ‘1984’ van George Orwell en ‘Heerlijke Nieuwe Wereld’ van Aldous Huxley.

 

Pieter Ballon destilleert tien kenmerken van de ideale stad: “de ideale stad is een verbindende factor tussen een grote massa en diversiteit aan mensen, organisaties en bedrijven”, “de ideale stad heeft een sterke sociale en economische dynamiek”, “de ideale stad zorgt voor de veiligheid van zijn inwoners, werknemers en bezoekers”, “de ideale stad geeft kansen aan experimenten, innovatie, persoonlijke ontwikkeling en ondernemerschap”, de ideale stad weet een hele reeks stedelijke functies op een goede manier te verzorgen en te combineren”, “de ideale stad spreekt door de vormen en dimensies van zijn publieke ruimte en gebouwen en creëert een gemeenschapsgevoel, maar wel op mensenmaat”, “de ideale stad is efficiënt en duurzaam wat betreft mobiliteit, communicatie en energieverbruik”, “de ideale stad verzekert de participatie van zijn bewoners en gebruikers”, “de ideale stad combineert een planmatige met een organische aanpak van urbanisme”.

Of draait het uit op een dystopie?

 

Maar het kan ook mislopen, waarschuwen de dystopieën ons. Pieter Ballons wijdt een hoofdstuk aan alles wat er fout kan gaan. Dat hoofdstuk heet afschrikwekkend “horrorscenario’s: de slimme stad als dystopie”. Als belangrijkste gevaren ziet hij de bedreiging van onze privacy en de machtsconcentratie bij multinationals, die dreigen de rol van overheid over te nemen.

 

Big Brother ligt op de loer! De slimme stad wordt als een panopticum gebouwd, waar de burgers voortdurend in het oog gehouden worden en dat terwijl de stad juist een vrijzone zou moeten zijn. Het panopticum werd door filosoof Jeremy Bentham bedacht als “ideale gevangenis”. De Nederlandse naam “koepelgevangenis” maakt het iets duidelijker. Vanuit een centraal punt kan een enkele bewaker elke gevangene in het oog houden. Omdat de gevangene weet dat hij kan geobserveerd worden, maar niet weet wanneer dat het geval is, zal hij zich steeds gedragen.

De eerste slimme stad

 

De stad Songdo in Zuid-Korea ligt op vijfenzestig kilometer van hoofdstad Seoul. De nieuwe stad werd top-down ontworpen. In enkele jaren tijd verrees de stad en geldt nu zowat als de eerste slimme stad ter wereld. Technologiereus Cisco uit Sillicon Valley leverde de hoofdmoot van de nodige computerinfrastructuur. De stad ligt vol met camera’s, sensors, glasvezel en mobiele netwerken. Prioriteit werd besteed aan surveillance en monitoring van het verkeer. Pieter Ballon stelt zich hierbij vragen, want Zuid-Korea is een veilige samenleving. Er is trouwens ook geen fileprobleem, want er zijn niet veel bedrijven in de stad…

Kopenhagen als voorbeeld

 

Studies over smart cities vermelden steevast Kopenhagen. De Deense stad krijgt altijd goede punten, niet alleen als slimme stad, maar ook als ecologische stad en als fietsstad. Scandinavische buur Helsinki scoort ook goed. Barcelona is een derde voorbeeld, maar sinds de vorige gemeenteraadsverkiezingen is er een indignado burgemeester aan de macht die de smart cities projecten niet meer steunt.

 

In eigen land nemen Brussel, Mechelen, Leuven en andere centrumsteden initiatieven om in een smart city te transformeren. Bij onze noorderburen lopen Amsterdam dat inzet op deeleconomieën, Utrecht en Eindhoven voorop. Pieter Ballon hoopt dat al deze steden geen slimme eilandjes blijven, maar uitgroeien tot een slim Vlaams-Brussels stadsgewest en een slimme Randstad en waarom niet tot een slimme Lage landen?

Afspraak in 2021

 

Toch moet ik hier een kanttekening bij plaatsen: ik woon in Leuven en werk in Brussel. Helaas merk ik niet zoveel van al die smart city-projecten. Vorig jaar woonde ik een lezing van Pieter Ballon bij die in het kader van het stadsfestival ‘500 Jaar Utopia’ zijn boek in de stadsbibliotheek van Leuven kwam voorstellen. Leuven zet als slimme stad in op de “zorgstad”? Tja, dat gebeurde vroeger ook al, de stad heeft nu eenmaal het grootste universitair ziekenhuis en de grootste medische faculteit van het land. Vorig jaar bezocht ik de Eurocon in Barcelona. Een geweldige stad zal iedereen beamen, maar smart city? Elke toerist die terugkeert van een reis naar Barcelona heeft honderden verhalen, maar zijn er ook reizigers die hebben gemerkt dat ze zogezegd in een smart city rondliepen?

 

Ondanks deze opmerkingen, blijf ik gematigd optimistisch en verwacht dat sommige initiatieven op langere termijn zullen aanslaan en de leefbaarheid van onze steden zeker zullen ten goede komen. Andere initiatieven zullen daarentegen niet overleven. De technologie verandert bovendien razendsnel zodat er nieuwe mogelijkheden opduiken die we nu nog niet zien. Binnen vijf jaar zal een boek over smart cities er wellicht helemaal anders uitzien. Ik ben benieuwd wat Pieter Ballon in 2021 schrijft, mocht hij dan zijn boek herschrijven.

 

SMART CITIES
Hoe technologie onze steden leefbaar houdt en slimmer maakt
Pieter Ballon. Lannoo Campus. 2016

 

TOEKOMSTSALON: SMART CITIES
Boekvoorstelling door Pieter Ballon
24 november 2016
Stadsbibliotheek Leuven

 

Frank Beckers